Leven zoals u wilt, zo luidt de klantbelofte van Sensire. “Het is soms best ingewikkeld om dit waar te maken”, zegt wijkverpleegkundige Rinie Kleinmeulman eerlijk. “De klant weet niet altijd hoe die wil leven, collega’s voelen zich soms te verantwoordelijk en patronen zijn niet altijd gemakkelijk te doorbreken. Toch zetten we mooie stappen in de goede richting.”
"We noemen dit: positieve gezondheid stimuleren”, begint Rinie. “Leven zoals u wilt vraagt om een nauwe samenwerking met de klant en andere professionals. Met de klant kijken we wat er nodig is. In de nieuwe manier van anamnesegesprekken voeren, staan we uitgebreid stil bij gezondheidspatronen. Je kunt denken: die persoon heeft maar drie keer per week zorg nodig, dat valt mee. Vervolgens blijf je doen wat je altijd al deed. Maar kijk eens verder dan dat: Wat is het werkelijke probleem? En wat kan iemand nog zelf?”
Door de juiste vragen te stellen, krijg je volgens Rinie een ander totaalbeeld. Iedere week douchten we een 98-jarige vrouw. Een kwieke dame, ze lijkt wel twintig jaar jonger. Vorig jaar overleed onverwachts haar man. Ze waren verzot op elkaar, hun levens waren zo met elkaar verweven. Na zijn overlijden, kwamen we wekelijks langs om haar te douchen. Terwijl mevrouw zich douchte, zat ik er op een krukje bij en spraken we over het overlijden van haar man. Hij was in haar armen overleden, dat had natuurlijk een enorme impact op haar. Wat ze eigenlijk nodig had, was hulp bij de verwerking van het overlijden van haar man. Zichzelf douchen lukte nog prima. Ik ben hierover in gesprek gegaan met haar. Samen gingen we op zoek naar een oplossing. Nu praat ze regelmatig met een maatschappelijk werker en belt ze ons als het nodig is. Wekelijks langskomen is niet meer nodig. Het lijkt soms de gemakkelijkste weg om te blijven doen wat de klant verwacht, maar het levert veel meer op als je kijkt naar wat iemand nodig heeft. Zowel voor de klant als de wijkverpleging."
Langzaamaan begint de andere manier van werken zijn vruchten af te werpen, ook in Rinies wijk. Rinie: “Doordat we anders in gesprek zijn met de klant, worden zorgplannen concreter opgesteld: met een begin- en einddatum. Binnen dat tijdsbestek werken we ergens naartoe, de klant weet hiervan. Op langere termijn heeft een klant hierdoor vaak minder of zelfs helemaal geen wijkverpleging meer nodig. Mede door de andere werkwijze, maar ook door het samenvoegen in andere routes en zorg leveren op andere tijdstippen zijn er de afgelopen zomerperiode op weekbasis twintig diensten opgelost. Jammer genoeg verandert dit de druk op de wijkverpleging niet voldoende. Dit heeft te maken met langdurige- en complexe zorg”, legt Rinie uit. “Maar door kleine veranderingen valt wel winst te behalen.”
Klanten moeten vaak wel even wennen aan veranderingen. Rinie herinnert zich een klant bij wie het wijkteam vier keer per dag bloedsuiker prikte. “Haar bloedsuikerspiegel was steevast te hoog”, vertelt Rinie. “De klant vond het fjn dat we vaak langskwamen, want ze voelde zich zo alleen. Ondertussen deed ze zelf niets om haar situatie te verbeteren; ze deed niet aan lichaamsbeweging en hield zich totaal niet aan haar dieet. Op deze wijze zou haar situatie ook niet veranderen.”
"Iedere week douchten we een 98-jarige vrouw. Een kwieke dame, ze lijkt wel twintig jaar jonger. Vorig jaar overleed onverwachts haar man. Ze waren verzot op elkaar, hun levens waren zo met elkaar verweven. Na zijn overlijden, kwamen we wekelijks langs om haar te douchen. Terwijl mevrouw zich douchte, zat ik er op een krukje bij en spraken we over het overlijden van haar man. Hij was in haar armen overleden, dat had natuurlijk een enorme impact op haar. Wat ze eigenlijk nodig had, was hulp bij de verwerking van het overlijden van haar man. Zichzelf douchen lukte nog prima. Ik ben hierover in gesprek gegaan met haar. Samen gingen we op zoek naar een oplossing. Nu praat ze regelmatig met een maatschappelijk werker en belt ze ons als het nodig is. Wekelijks langskomen is niet meer nodig. Het lijkt soms de gemakkelijkste weg om te blijven doen wat de klant verwacht, maar het levert veel meer op als je kijkt naar wat iemand nodig heeft. Zowel voor de klant als de wijkverpleging."
Als wijkverpleegkundige moet je regie durven nemen."
Rinie komt erachter dat de klant worstelt met eenzaamheid. “Als wijkverpleegkundige moet je regie durven te nemen”, zegt Rinie. “Ik bracht haar eenzaamheid ter sprake. De klant werd heel boos op me, ze wilde er niets over horen. We hebben hier veel over gesproken en inmiddels heeft ze mooie stappen gemaakt. Ze zwemt regelmatig en is vrijwilliger bij de bibliotheekbus. En het belangrijkste: ze heeft weer sociale contacten. Omdat ze zich goed voelt, heeft ze veel minder zorg nodig. We komen nog maar een keer per maand bij haar. ‘Dankjewel dat je mijn ogen opende, ik had het zo nodig’, zei ze laatst tegen me.”
Leven zoals u wilt betekent ook dat klanten zelf aan de slag moeten. Het doorbreken van patronen, vergt moed en geduld. Een van Rinies klanten is een vrouw met dementie in vergevorderd stadium. “Het viel me op dat haar man alles voor haar deed. Zelfs de koffiemelk deed hij nog in haar koffie”, vertelt Rinie. “Op een keer zei ik tegen hem: ‘U doet alles voor uw vrouw, terwijl u overbelast bent. Waarom doet u dit?’ Hij legde uit dat hij ongeduldig werd van haar gestuntel en dat het zo sneller ging.
‘Maar iemand met dementie moet je juist blijven activeren’, legde ik uit. Zo had hij er nog nooit over nagedacht. In overleg besloten we dat zijn vrouw meer zelf zou doen, het zorgplan pasten we hierop aan. Nu doet ze zelf koffiemelk in de koffie en smeert ze haar eigen brood, haar man zet het voor haar klaar. Met dit soort kleine veranderingen behoudt iemand de zelfstandigheid én je bespaart jezelf tijd en moeite. Nu, een half jaar later, doet ze veel meer zelf.”
Teamleden meekrijgen in het proces is volgens Rinie een grote uitdaging. “Veel collega’s vinden het lastig om los te laten. Ze voelen zich verantwoordelijk voor de klant”, zegt Rinie. “Daarbij worden klanten ook steeds mondiger. Je moet in dit werk stevig in je schoenen staan en duidelijk zijn naar de klant toe, maar ook naar specialisten. Je schiet gemakkelijk terug in de ouderwetse manier van werken. Zo gebeurt het weleens dat collega’s doen wat de huisarts ze opdraagt. Ik praat hier regelmatig over met ze. ‘Waarom ga je het gesprek niet aan?’, vraag ik dan.
‘Waar ben je bang voor?’ Tegen alle wijkverpleegkundigen zou ik willen zeggen: toon lef, ga met andere partijen in gesprek en leg de zorg daar neer waar het hoort. "Laat je niet overrulen."
“Er is nog een weg te gaan in het proces”, vervolgt Rinie. “Het is onmogelijk om de aanpak bij al onze klanten te veranderen; geen enkele situatie is gelijk en er zijn altijd uitzonderingen. Maar we zijn op de goede weg.” Voor Rinie is het werk leuker geworden: “Het is goed om te zien dat de kwaliteit van zorg omhoog gaat, het is veel meer gericht op de mens. En ik heb hier inspraak in."
Op het congres Wijkverpleegkundig Meesterschap vertelde wijkverpleegkundige Sonja Brummelaar ook over het belang van een goede anamnese bij de zoektocht naar klantgeluk, wat door de tijd heen minder aandacht had gekregen. “Je volgde op wat de huisarts voorschreef, maar dat is niet altijd het juiste om te doen.” Door de vraag achter de zorgvraag te ontrafelen geef je de klant regie over heteigen leven terug. Bekijk hoe ze dat - samen met de klant - doet in het filmpje.